Lobberdense waard, Pannerden
(MER Landschap, landschappelijk ontwerp en inrichting oevers)
Opdrachtgever: Samenwerking Lobberdense Waard
Jaar van ontwerp: 2009 - 2011
Jaar van uitvoering: vanaf medio 2015
In samenwerking: K. van Aanholt (Samenwerking Lobberdense Waard) en J. Westerbeek (D3 advies en argumentatie)
Toelichting:
Het plangebied ligt in de uiterwaarden bij Pannerden en heeft een totale oppervlakte van 222 hectare. De uiterwaard wordt rondom afgebakend door dijken en kaden. Deze waterwerken vormen het landschappelijke kader van het landschap, ieder met een eigen karakter en betekenis in de regulering van de rivier. Dwars door het gebied loopt de Lobberdense weg. Deze ontsluit de steenfabrieken en woningen langs de rivier.
Het project Lobberdense Waard kent drie belangrijke hoofddoelstellingen:
- rivierverruiming (meestromende hoogwatergeul)
- natuurontwikkeling (nieuwe riviergebonden natuur)
- delfstofwinning (financiering bovenstaande doelstellingen)
VEVAP heeft het MER landschap geschreven en het Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA) uitgewerkt in een samenhangend inrichtingsplan. Het plan kenmerkt zich door behoud en versterking van de ruimtelijke structuren en kwaliteiten. De landschappelijke structuur van dammen, kaden, dijken en kribben vormt de ruggengraat van het gebied. Deze structuur blijft volledig gehandhaafd en voor een groot deel toegankelijk gemaakt voor extensief recreatief verkeer.
Kleiputtenlandschap
De kleiwinning tot ca. 1960 heeft geresulteerd in een landschappelijk waardevol kleinschalig kleiputtenlandschap in het noordelijke deel van de waard. In het plan wordt deze zone aan de randen uitgebreid en de tussenliggende bestaande landbouwgronden worden omgevormd tot een vergelijkbaar landschap, waardoor een grotere aaneengesloten robuuste zone ontstaat met een afwisseling van ooibossen, open water, kruidenrijke oeverzones en moeras. De huidige lage rivierdynamiek wordt in dit gebied gehandhaafd.
Hoogwatergeul
In het agrarische tussengebied vindt de ingreep plaats, die moet zorgen voor de waterstanddaling bij hoogwater; de hoogwatergeul. Deze stroomt alleen mee bij zeer hoge waterstanden. Hier worden de landbouwgronden afgegraven en het steenfabriekterrein gestroomlijnd. De taluds aan de noordzijde van de strang worden zeer flauw uitgevoerd, met ruimte voor natuurlijke begroeiing en zachte overgangen naar het kleiputcomplex. De noordpunt van de bestaande zandwinplas wordt voor een groot deel opgevuld. Ter plaatse van de opvulling wordt een oeverstroom en één van de hoogwatervluchtplaatsen voor de grote grazers en kleiner wild aangelegd.
De strang staat een groot deel van het jaar door middel van een duiker in open verbinding met de rivier. Hierdoor kunnen de rivierbegeleidende soorten zich ontwikkelen in het gebied. Er zit een drempel in de duiker om laag- en hoogwaterstanden in de strang te voorkomen.
Toegankelijkheid en beheer
Centraal in het gebied worden voor bezoekers een kleine parkeerplaats, een zandige oever en een uitkijktoren met uitzicht over de wijde omgeving gemaakt. De Lobberdense Waard wordt openbaar toegankelijk door middel van struinroutes. Het geheel is omrasterd en zal worden beheerd met grote grazers.